Cranio Sacraal therapie

Cranio, officieel Cranio Sacraal (CS) is het werken met de fascia, waarvan de hersenvliezen een essentiele fascie is. Het is een behandelwijze die met uiterst subtiele technieken (geen manipulaties, wel mobilisaties) de blokkades van schedel tot wervelkolom opheft zodat het hersenvocht, dat door die wervelkolom stroomt, vrijelijk kan bewegen. 

Uniek aan Cranio is de zienswijze is de relatie van het hoofd (spieren, pezen, schedel, hyoid | tongbeen), tot de houding en biomechanica van het paard. 

Het is geschikt voor ieder paard en ieder paard heeft er baat bij. Het werkt preventief en is een perfecte aanvulling op het algemene onderhoudsregime van het paard.

Het cranio sacrale systeem omvat alle fascie, het centrale zenuwstelsel dat loopt vanaf het Cranium (de schedel) via de wervels tot aan het Sacrum (de vijf gefuseerde wervels ter hoogte van het bekken, oftewel het heiligbeen), en de beenderen van het hoofd. Dit centrale zenuwstelsel wordt omgeven door een 3-tal vliezen. Vanuit de hersenen wordt een vloeistof (hersenvocht) door dit systeem gepompt. Deze vliezen beschermen, voeden en bevochtigen het zenuwstelsel.

Het ritme van het hersenvocht wordt gecreëerd door een pompmechanisme diep in de hersenen. De botten van de schedel zetten uit, vervolgens worden de wervels lichtjes van elkaar geduwd, waarna het sacrum naar onder en vervolgens naar binnen roteert. Ter verduidelijking, niet alleen de botten van de schedel en het sacrum bewegen, maar dus ook alle wervels en het bekken. Dit cranio sacrale ritme uit zich als een uitdijende en inkrimpende golf die overal op het lichaam voelbaar is. Daarnaast en daarbij hoort fascie in de periferie (dus naast de hersenvliezen en de dura mater (de vliezen om het centrale zenuwstelsel) ook soepel en bewegelijk te zijn.

Een cranio therapeut kan het cranio sacrale ritme en de beweging van de fascia in de periferie voelen en zo blokkades in het lichaam signaleren en met hele lichte druk opheffen.   

Fasciarelease:

Los-paard werkt door middel van diverse zachte behandelmethodes in op de 3 fascia lagen van het lichaam. Het paard wordt onderzocht op bewegingsverlies in deze lagen. Door de beweeglijkheid te bevorderen wordt het lichaam in staat gesteld om de weefselvloeistoffen weer door te laten stromen

Weefselmobilisatie:

  1. Bloed- en lymfe stroom laten toenemen 
  2. Spanning produceren om weefsel herstel te stimuleren 
  3. Spanning produceren om weefselrichting te bevorderen 
  4. De mate van bindweefsel fibrose limiteren
  5. Behouden van coördinatie, door neuromusculaire activatie
  6. Behouden van bewegingsuitslag om gewrichtsfibrose te voorkomen of verminderen 
  7. Behouden van proprioceptieve functies, indien een variëteit van stimuli gebruikt wordt
  8. Zorgen voor een sneller herstel en terugkeer naar volledige activiteit

Triggerpoints:

Triggerpoints of spierknopen zijn lokale verkrampingen van spiervezels in een spier. Als een spier niet meer volledig ontspant ontstaat er een ophoping van avalstoffen in dit spierweefsel. 

Doordat de spier(groep) niet goed meer kan ontspannen wordt deze beperkt in zijn beweging